SHARP

Taal

AFDRUKKEN ALS DE FUNCTIE GEBRUIKERSAUTHENTICATIE IS INGESCHAKELD

De gebruikersinformatie (zoals gebruikersnaam en wachtwoord) die moet worden ingevoerd, varieert naargelang de gebruikte authenticatiemethode. U moet dan ook contact opnemen met de beheerder van het apparaat voordat u gaat afdrukken.

Het menu dat wordt gebruikt om af te drukken, kan per toepassing variëren.

Selecteer in de applicatie [Druk af] in het menu [Archief].

Voer uw gebruikersinformatie in.

  1. Controleer of de printernaam van het apparaat is geselecteerd.
  2. Selecteer [Taakverwerking].
  3. Klik op het tabblad [Verificatie].
  4. Voer uw gebruikersinformatie in.
    • Wanneer authenticatie wordt uitgevoerd via gebruikersnaam/wachtwoord, voert u uw gebruikersnaam in bij 'Gebruikersnaam' en uw wachtwoord (1 tot 32 tekens) bij 'Wachtwoord'.
    • Wanneer authenticatie wordt uitgevoerd via gebruikersnummer, voert u uw gebruikersnummer in bij 'Gebruikersnummer' (5 tot 8 cijfers).
  5. Voer zo nodig de gebruikersnaam en opdrachtnaam in.
    • Gebruikersnaam Voer uw gebruikersnaam in (maximaal 32 tekens). De door u ingevoerde gebruikersnaam wordt in het aanraakscherm van het apparaat weergegeven. Als u geen gebruikersnaam invoert, wordt de aanmeldnaam van uw pc weergegeven.
    • Opdrachtnaam Voer een opdrachtnaam in (maximaal 32 tekens). De door u ingevoerde opdrachtnaam wordt als bestandsnaam in het aanraakscherm van het apparaat weergegeven. Als u geen opdrachtnaam invoert, wordt de ingestelde bestandsnaam uit de applicatie weergegeven.
  6. Klik op de knop [Afdrukken].
Taal

Version 03a / bp70c65_usr_03a_nl

↑Eerste pagina