De volgende instellingen zijn bedoeld voor de scanner.
Selecteer een standaardinstelling voor de kleurmodus
voor zowel kleur als zwart-wit in E-mailadres, Netwerkmap, FTP en
Bureaublad. Geef 'Scanner algemeen' op tenzij E-mail is opgegeven.
Instellingen
Auto (Mono, Grijstinten*), Meerkleuren, Grijstinten, Mono
* Bij het scannen van een zwart/wit-origineel terwijl de kleurmodus is ingesteld op [Auto]
Bestandstype
hiermee schakelt u instellingen voor het scannen van een zwart-witorigineel
uit wanneer Automatisch is geselecteerd voor de kleurmodus.
Geef de oorspronkelijke bestandsindeling op
voor de verzending van een bestand in E-mail, Netwerkmap, FTP of Bureaublad.
Geef 'Scanner algemeen' op tenzij E-mail is opgegeven.
Bestandsindeling
PDF, PDF/A-1a, PDF/A-1b, TIFF, JPEG, Compacte PDF, Compacte
PDF (Ultrafijn), Compacte PDF/A-1a, Compacte PDF/A-1a (Ultrafijn),
Compacte PDF/A-1b, Compacte PDF/A-1b (Ultrafijn), Versleutelde PDF,
Versleutelde/Compacte PDF, Versleutelde/Compacte PDF (Ultrafijn),
XPS, RTF, TXT(UTF-8), DOCX, XLSX, PPTX
Bestandsindeling wanneer [OCR uitschakelen]
is ingesteld
PDF, PDF/A, TIFF, JPEG, Compacte PDF, Compacte PDF (Ultrafijn),
Compacte PDF/A, Compacte PDF/A (Ultrafijn), Versleutelde PDF, Versleutelde/Compacte
PDF, Versleutelde/Compacte PDF (Ultrafijn), XPS
OCR
*
Als het bestandsformaat PDF is, worden de tekens in de gescande
afbeelding gelezen en wordt de tekeninformatie aan de PDF toegevoegd.
Zwart-wit
Compressiemodus: Geen, MH (G3), MMR (G4)
Kleur/grijstinten
Gegevenscompressiefactor: Lage compressie, Gemiddelde compressie, Hoge compressie
Kleuren reduceren
Opgegeven pagina's per bestand
Hiermee wordt een apart bestand gegenereerd voor elke gescande
pagina wanneer meerdere pagina's worden gescand.
Als deze instelling is ingeschakeld, kan een aantal pagina's
per bestand worden opgegeven.
Aantal pagina's
Elk willekeurig aantal kan worden opgegeven als het aantal
pagina's per bestand. Deze instelling kan worden gebruikt als [Opgegeven
pagina's per bestand] is ingeschakeld.
OCR Instelling
*
Configureer de instellingen die vereist zijn voor OCR.
Lettertype*
Stel het lettertype in dat moet worden gebruikt voor elke
taal die wordt herkend.
Detecteer Afbeeldingspositie
*
De afdrukstand van het gescande origineel wordt automatisch
herkend.
Bestandsnaam Extractie
*
De bestandsnaam ophalen.
* Niet beschikbaar als de OCR-functie is uitgeschakeld
Stel de standaard kleurmodus in voor Eenvoudige
Scan.
Stel [Kleur] in als op de toets Starten Kleur wordt getikt
en [Zwart/wit] als op de toets Starten zwart-wit wordt getikt.
Instellingsitem | Instellingen |
---|---|
Kleur |
Auto Meerkleuren |
Zwart/wit |
Grijstinten Mono |
De volgende instellingen zijn beschikbaar voor
de standaardresoluties voor de algemene modi voor scannen, e-mail, internetfax
en fax.
Scanner algemeen
100X100dpi, 150X150dpi, 200X200dpi, 300X300dpi, 400X400dpi,
600X600dpi
E-mail
100X100dpi, 150X150dpi, 200X200dpi, 300X300dpi, 400X400dpi,
600X600dpi
Ingest. resolutie toepassen bij opslag
Wanneer een afbeelding wordt opgeslagen met behulp van documentarchivering,
is deze instelling van toepassing op de resolutie-instelling die
met de afbeelding is opgeslagen.
Wanneer het document gekanteld is of de afbeelding
in het document gekanteld is, wordt de gekantelde status automatisch
gecorrigeerd en worden de gegevens opgeslagen.
De informatie die hier is opgeslagen, wordt
gebruikt als u geen gegevens invoert bij de optie [Antwoord aan]
in de verzendinstellingen tijdens het uitvoeren van Scannen naar
E-mail.
Bcc Inschakelen
Schakel deze instelling in als u gebruik wilt maken van Bcc-verzending.
Toont de toets [Bcc] in het scherm Adresboek van de beeldverzendmodus.
Bcc-adres weergeven in het opdrachtstatusscherm
Hiermee geeft u Bcc-adressen weer in het opdrachtstatusscherm
en het tabblad met de adreslijst.
Wanneer deze instelling is ingeschakeld, verstuurt
het apparaat een fax zodra de eerste pagina is gescand.
Verzending vindt plaats terwijl de resterende pagina's worden
gescand.
De beginwaarde van het niveau dat moet worden
gebruikt voor de versleutelde PDF wordt opgegeven. Deze instelling wordt
ook gebruikt voor het niveau van versleutelde PDF dat wordt gebruikt
in de bestandsnaam van het documentarchiveringsbestand.
Flate-compressie
Als u een PDF-bestand verzendt, kunt u het bestand met flate-compressie
comprimeren om het kleiner te maken.
Stel de resolutie in bij het opslaan als een
hoog gecomprimeerde PDF.
Hiermee selecteert u de compressiemodus voor
distributie tijdens het gebruik van Scannen naar E-mail of Internetfax. De
opgegeven compressiemodus wordt gebruikt voor alle bestemmingen,
ongeacht de afzonderlijke instellingen voor de compressiemodus.
Zwart/wit
MH (G3), MMR (G4)
Kleur/grijstinten
Lage compressie, Gemiddelde compressie, Hoge compressie
Kleur verminderen
Reduceer de bestandsgrootte door het aantal gebruikte kleuren
en schaduwen te beperken.
Schakel dit in om enkel de URL van gescande
gegevens naar de bestemming te verzenden.
Koppeling naar de bestemming verzenden' als standaard instellen
Schakel dit in om steeds enkel de URL van gescande gegevens
naar de bestemming te verzenden. Wanneer deze functie is ingeschakeld
en u bent in eenvoudige modus, wordt enkel de URL naar het e-mailadres
verzonden. Wanneer normale modus wordt gebruikt, is het vakje [Koppeling naar de bestemming
verzenden]
steeds
in het actiepaneel dat in het beginscherm
van Scannen naar e-mail wordt getoond.
Bewaarperiode voor bestanden
Stel de opslagperiode in voor gescande gegevens die zijn opgeslagen
in het apparaat wanneer enkel de URL naar de bestemming wordt verzonden.
Wanneer deze periode verstrijkt, worden de bestanden automatisch
gewist.
SSL/TLS inschakelen
Gebruik dit om bestanden met behulp van SSL/TLS-transmissie
te beveiligen.
Het is mogelijk een bestandsgroottelimiet in
te stellen van 1 MB t/m 99 MB in stappen van 1 MB om te voorkomen
dat extreem grote bestanden worden verzonden met de modus Scannen
naar E-mail. Als de totale grootte van de beeldbestanden tijdens
het scannen van het origineel deze limiet overschrijdt, worden de
beeldbestanden verwijderd.
Selecteer [Onbeperkt] als u geen limiet wilt opgegeven.
Als het verzenden de maximale grootte overschrijdt, wordt het verzonden in meerdere
bestanden.
Als de bijlage bij de e-mail de maximaal toegestane grootte
overschrijdt, wordt de bijlage in meerdere bestanden verzonden.
Als een van de opgedeelde bestanden de maximum grootte overschrijdt,
wordt deze verzonden met aan automatisch verlaagde resolutie.
Als bestanden in JPEG-indeling worden verzonden, wordt slechts
een bestand toegevoegd aan een e-mail, onafhankelijk van de bestandsgrootte.
Als een bestand dat is gescand in de bestandsindeling TXT(UTF-8),
RTF, DOCX, XLSX of PPTX de limiet voor bestandsgrootte overschrijdt,
wordt het bestand overgeslagen zonder te worden verzonden, zelfs
als deze instelling is geselecteerd.
U kunt een limiet instellen voor de bestandsgrootte
die kan worden verzonden via Scannen naar FTP, Scannen naar Bureaublad
en Scannen naar Netwerkmap. U kunt kiezen uit limieten van 50 MB,
150 MB en 300 MB. Als de totale grootte van de beeldbestanden tijdens
het scannen van het origineel deze limiet overschrijdt, worden de beeldbestanden
verwijderd.
Selecteer [Onbeperkt] als u geen limiet wilt opgegeven.
Configureer de instellingen voor automatisch
scannen.
Stel Beeldoriëntatie Automatisch in
De afdrukstand van het geplaatste origineel wordt automatisch
herkend. Geef aan of het origineel met enkelzijdig of dubbelzijdig
scannen moet worden gescand.
Stel Resolutie Automatisch in
U kunt het apparaat zelf de resolutie laten bepalen.
Lege pagina Overslaan
Geef aan of lege pagina's tijdens het scannen automatisch
moeten worden overgeslagen.
Automatisch detecteren Mono2/Grijswaarden
Originelen detecteren automatisch mono2/grijstinten.
Detectiestandaard
Automatisch mono2/grijstinten detecteren.
Automatisch aanpassen originele skewed
De schuine stand van het document wordt automatisch gecorrigeerd.
Automatisch origineel formaat detecteren uit documentaanvoer
Het origineelformaat wordt automatisch bepaald wanneer het
origineel wordt gelezen door de automatische origineelinvoereenheid.
Kaartinformatiebestand creëren indien gedetecteerd.
Als is bepaald dat de kaart een visitekaartje is gebaseerd
op het origineelformaat, wordt de informatie van het visitekaartje
ook opgeslagen met behulp van de OCR-functie.
Bestandsindeling Kaartgegevens
Stel het bestandsformaat van de informatie van het visitekaartje
in.
Gebruik de gehele naam op de kaart als bestandsnaam
De naam van het visitekaartje is de naam van het bestand dat
de informatie van het visitekaartje opslaat.
Compressiefactor automatisch instellen
Selecteert automatisch de beste compressiefactor van het origineeldocument.
Schakel deze instelling in om het verzenden van e-mail
naar een adres met een ongeschikt domein onmogelijke te maken. Er
wordt geen bestand verzonden als het e-mailadres rechtstreeks wordt
ingevoerd en het domein een van de opgegeven domeinen is.
U kunt een standaardadres opslaan zodat u een
bericht kunt verzenden door op de toets [Kleur Start]
of de toets [Z/W Start] te drukken zonder een adres
op te geven.
Als [Voeg E-mailadres gebruiker toe voor aanmelden.] is geselecteerd, wordt het e-mailadres
van
de aangemelde gebruiker ingesteld als de standaardbestemming. Als
[Pas home-directory toe op de gebruiker voor aanmelden] is geselecteerd, dan is het
standaardadres de home
directory van de aangemelde gebruiker.
Wanneer de gebruiker zich aanmeldt via interne authenticatie
(authenticatie door het apparaat), wordt de home directory-instelling
van de aangemelde gebruiker geconfigureerd in 'Gebruikersregistratie' in 'User List"
in 'Gebruikers -bediening'. Wanneer de gebruiker zich aanmeldt via externe
authenticatie (authenticatie door het netwerk), wordt de home directory-instelling
geconfigureerd in 'Global Address Book Settings' in 'LDAP-installatie' in 'Netwerk
instellingen'.
Selecteer een adres dat u
als standaardadres wilt gebruiken.
Voeg E-mailadres gebruiker toe voor aanmelden.
Het e-mailadres van de aangemelde gebruiker wordt ingesteld
als standaardadres.
Selecteer [Annuleren van eerst ingevoerde adres toestaan] afhankelijk van het beoogde
gebruik.
Pas home-directory toe op de gebruiker voor aanmelden
De home-directory van de aangemelde gebruiker wordt ingesteld
als standaardadres..
Selecteer [Annuleren van eerst ingevoerde adres toestaan] afhankelijk van het beoogde
gebruik.
Selecteren uit adresboek
Om het gewenste adresboek weer te geven, verfijnt u uw zoekopdracht
op alfabet of categorie via de lijst bij [Index]. Bij [Opties tonen]
kunt u het aantal adressen selecteren dat u gelijktijdig wilt weergeven.
Wanneer u de gewenste adresnaam selecteert en op de toets
[Opslaan] tikt, dan kan het geselecteerde adres als standaardadres
worden geselecteerd.
Annuleren van eerst ingevoerde adres toestaan
U kunt het automatisch ingevoerde e-mailadres van de aangemelde
gebruiker annuleren. Om te annuleren, tikt u op de toets [x] naast
het veld voor adresinvoer.
Als deze instelling is uitgeschakeld, is het selecteren van
een adres anders dan het ingevoerde standaard adres verboden.
Gebruik de inlognaam bij de netwerkmap
Voeg de aanmeldnaam van de aangemelde gebruiker bij het pad
van de netwerkmap.
Voeg een submappad toe aan het einde van de Home Directory Pad
U kunt meer mappen (submappen) toevoegen na het pad van de
home directory dat u hebt ingesteld, en u kunt ze het standaardadres
maken.
Deze instelling is beschikbaar als [Instelling standaard adres] is ingesteld op
[Inschakelen] en [Pas home-directory toe op de gebruiker voor aanmelden] is geselecteerd.
Stel de titel van de e-mail in, zoals het verzenden
van een e-mail of het verzenden van een internetfax.
Voor het verzenden van bestanden kunt u vooraf
een onderwerpregel opslaan. Klik op de toets [Toevoegen] en stel
het onderwerp in.
Bestandsnaamgeving
U kunt de gegevens selecteren
die in de naam van de gescande bestanden zijn opgenomen.
Serienummer
U kunt het serienummer van het
apparaat aan de bestandsnaam toevoegen.
Datum en tijd toevoegen
Voeg de datum en het tijdstip toe aan het einde van de bestandsnaam
wanneer de te verzenden bestandsnaam is ingesteld door directe invoer
of vaste zinselectie.
Voeg de datum en het tijdstip toe aan het einde
van de bestandsnaam wanneer de te verzenden bestandsnaam is ingesteld
door directe invoer of vaste zinselectie.
Opdrachtinformatie automatisch toevoegen aan inhoud
van e-mailbericht
Opdrachtgegevens kunnen automatisch aan de
bodytekst van de e-mail worden toegevoegd.
U kunt elke willekeurige tekst als voettekst
aan de bodytekst van een e-mail toevoegen.
Stel eender welke tekst in die moet worden
toegevoegd wanneer [Automatisch een voetnoot toevoegen aan de inhoud van het e-mailbericht]
is ingeschakeld.
U kunt de vooraf opgegeven onderwerpregel en
bodytekst voor een e-mail opslaan (vaste tekst). Klik op de knop [Toevoegen].
Version 03a / bp70m90_usr_03a_nl