SHARP

Taal

Systeemcontrole

Takenlogboek

Opdrachtlogboek bekijken

Hiermee wordt het logboek van een uitgevoerde opdracht op het apparaat weergegeven.
Selecteer een weergave-item en periode en tik op de toets [Weergeven].

Standaard fabrieksinstellingen:
Takenlogboek:Alles ingeschakeld

Takenlog boekbediening

Hiermee wordt het logboek van een uitgevoerde opdracht op het apparaat verwijderd of opgeslagen.
Stel het aantal opdrachten in voor [Nummer van takenlogboek voor kennisgeving via e-mail] en klik op [Store].
Tik op de toets [Wissen] om het takenlogboek te verwijderen.

Standaard fabrieksinstellingen:
Het aantal taaklogs om via e-mail te melden:50000

U kunt het takenlogboek opslaan door [Takenlogboek] te selecteren in de instellingsmodus (webversie).

Data Import/Export (CSV Formaat)

U kunt gegevens importeren en exporteren.

Exportinstellingen

Type exportinstellingen

Selecteer de gegevens die u wilt exporteren in het adresboek of de geregistreerde gebruikersinformatie. Nadat u de gegevens hebt geselecteerd, klikt u op de knop [Uitvoeren]. De gegevens worden in CSV-formaat geëxporteerd.

Standaard fabrieksinstellingen:
Adresboek:Ingeschakeld, Gebruikersregistratie-informatie:Uitgeschakeld

Importinstellingen

Instellingen importeren uit bestand

U kunt gegevens importeren die in CSV-formaat naar het apparaat zijn geëxporteerd.

Opslag-backup

Adresboekgegevens en gebruikersinformatie die op het apparaat zijn opgeslagen, kunnen op een USB-stick worden opgeslagen en vandaar worden teruggeplaatst.
Als u het apparaat wilt gebruiken om een bestand te bewerken, plaatst u de USB-stick in het apparaat. Als u instellingen op de webpagina moet selecteren, gebruikt u de computer om het bestand te bewerken.

Exportinstellingen

Gegevens exporteren.

Standaard fabrieksinstellingen:
Alle ongeldig

Importinstellingen

Gegevens importeren.

Wanneer [Instellingen wachtwoordbeleid] is ingeschakeld, is de import niet gericht op de volgende gebruikersaccounts.
  • Gebruikersaccounts die geen minimum wachtwoordlengte hebben.
  • Wanneer [Regels voor het maken van wachtwoorden inschakelen] is ingeschakeld, gebruikersaccounts die niet volledig voldoen aan deze instelling.
  • Gebruikersaccounts waarvan is bepaald dat ze opnieuw geregistreerd zijn wanneer [Verbied hergebruik van accountnaam van gewiste gebruikers] is ingeschakeld.

Apparaat kopiëren

De instellingsinformatie van het apparaat wordt in XML-indeling opgeslagen en gekopieerd naar een ander apparaat.
Met deze functie hoeft u dezelfde instellingen niet telkens opnieuw te configureren in verschillende apparaten.
Als u het apparaat wilt gebruiken om een bestand te bewerken, plaatst u de USB-stick in het apparaat. Als u instellingen op de webpagina moet selecteren, gebruikt u de computer om het bestand te bewerken.

Exportinstellingen

Gegevens exporteren.

Standaard fabrieksinstellingen:
Alle ongeldig

Importinstellingen

Gegevens importeren.

  • Voor modellen die kunnen worden geïmporteerd, neemt u contact op met de winkel waar u het product hebt gekocht.
  • De volgende gegevens worden niet gekopieerd met de functie Apparaat kopiëren:
    • Items van lijst afdrukken en doorsturen van faxen.
    • Weergave-items voor tellingen en apparaatstatus.
    • IP-adres van het apparaat, apparaatnaam, beheerderswachtwoord, afzendernamen voor beeld verzenden en overige informatie die specifiek voor het apparaat is.
    • Aanpassingswaarden die uniek zijn voor elke hardware, zoals schermcontrast/aanpassing nietpositie van zadelnieten

Adresboek doorsturen

De gegevens die in het adresboek van het apparaat zijn opgeslagen naar een ander apparaat doorsturen.
Om de inhoud van het adresboek door te sturen, voert u het IP-adres van de doelmachine en het wachtwoord van de beheerder van die machine in, en tikt u op de toets [Uitvoeren].

Gegevensback-up archiveren

U kunt een back-up maken van een bestand dat u hebt opgeslagen met Documentarchivering en het back-upbestand terugzetten op het apparaat.

Back-up van archiveringsgegevens wordt uitgevoerd in de instellingsmodus (webversie).

Exportinstellingen

Selecteer de map waarvan u de back-up wilt maken en klik op [Uitvoeren]. De bestanden worden opgeslagen op uw computer.

Item Beschrijving

Index

De weergegeven Mapnamen kunnen worden gefilterd op index.

Opties tonen

Stel het aantal weergegeven bestanden in.

Importinstellingen

U kunt een bestand op het apparaat herstellen dat u hebt opgeslagen met 'Exportinstellingen'. Gebruik maximaal 200 tekens voor het pad van het opgeslagen bestand bij 'Instellingen importeren uit bestand' en klik op [Uitvoeren].

Instellingen Resetten

Fabrieksinstellingen Herstellen

Hiermee zet u de huidige instellingen (die u hebt geselecteerd in de instellingsmodus) terug naar de fabrieksinstellingen. Druk de huidige instellingen af door [Status] te selecteren bij “Instellingen (beheerder)” → [Datalijst] → [Lijst voor Beheerder] als u een record wilt maken van de huidige instellingen voordat u de instellingen herstelt.

Als instellingen worden gewijzigd, gaan ze pas in nadat de machine opnieuw is gestart. Zie ' DE VOEDING INSCHAKELEN' voor informatie over het opnieuw opstarten van het apparaat.

NIC terugstellen

Hiermee zet u alle 'Netwerk instellingen' terug naar de fabrieksinstellingen.

Status en waarschuwingsbericht via e-mail

Statusbericht

Hiermee selecteert u de instellingen voor de standaard e-mailstatusfunctie of geavanceerde e-mailstatusfunctie.
De e-mailstatusfunctie kan periodiek de apparaatinformatie naar het opgeslagen adres verzenden.

Standaard

Hiermee stelt u de E-mailstatusadreslijst 1, E-mailstatusadreslijst 2 en E-mailstatusdealeradreslijst afzonderlijk in.

Item Beschrijving

E-mailadres

Voer het bestemmingse-mailadres voor verzending van de apparaatstatusinformatie in. Als u meerdere adressen invoert, moet u deze van elkaar scheiden met een puntkomma (;) of komma (,).

Nu verzenden

Als u hierop tikt, wordt het statusbericht naar de bestemming van de e-mailadreslijst verzonden.

Verzenden volgens planning 1

Als deze optie is ingesteld op , wordt periodiek een e-mailbericht verzonden volgens de vooraf ingestelde planning.

Verzenden volgens planning 2

Als deze optie is ingesteld op , wordt periodiek een e-mailbericht verzonden volgens de vooraf ingestelde planning.

Tijdschema

Selecteer een planning om e-mailberichten te verzenden.

Geavanceerd

Aanvraag statusbericht via e-mail instellen
Item Beschrijving

Aanvraag statusbericht via e-mail

Aanvraag statusbericht via e-mail kan worden ingeschakeld.

POP3-server

Voer de hostnaam of het IP-adres van de POP3-server in.

Poortnummer

Voer het poortnummer van de POP3-server in.

Standaard fabrieksinstellingen:
110

Authenticatieoptie

Specificeer de authenticatiemethode voor POP.

Selecteer "OAuth 2.0" bij gebruik van Microsoft365, Exchange Online, enz.

Zie " OAuth 2.0 AUTHENTICATIE" voor informatie over het configureren van de instellingen wanneer OAuth 2.0 is geselecteerd.

Standaardinstellingen:
Authenticatie met eenvoudige tekst

Provider

Dit kan worden ingesteld wanneer "OAuth 2.0" is geselecteerd als "Authenticatieoptie".

Selecteer een provider.

Standaardinstellingen:
Microsoft

Accountnaam

Dit kan worden ingesteld wanneer "OAuth 2.0" is geselecteerd als "Authenticatieoptie".

Voer een accountnaam in.

Token

Dit kan worden ingesteld wanneer "OAuth 2.0" is geselecteerd als "Authenticatieoptie".

Toont de huidige tokenstatus.

Token opvragen / Wissen

De "Token opvragen" toets wordt weergegeven als het token niet is verkregen, en de "Wissen" toets wordt weergegeven als het token is verkregen.

De toets "Token opvragen" wordt weergegeven in de systeeminstellingen van de machine en wordt niet weergegeven op de webpagina.

Gebruikersnaam

Deze instelling is beschikbaar wanneer u "Authenticatieoptie" anders dan "OAuth 2.0" selecteert.

Voer de gebruikersnaam in. De speciale gebruikersaccount is vereist voor bi-directionele verzending van de status via e-mail.

Wachtwoord

Deze instelling is beschikbaar wanneer u "Authenticatieoptie" anders dan "OAuth 2.0" selecteert.

Voer het wachtwoord in. Als u het wachtwoord wilt wijzigen, stelt u [Wachtwoord wijzigen] in op .

Controle-interval

Voer het navraaginterval voor de POP3-server in. De standaardinstelling is vijf minuten.

SSL/TLS inschakelen

Wanneer SSL/TLS is ingeschakeld , wordt gecodeerde communicatie uitgevoerd als POP over SSL/TLS of POP over TLS door STLS-opdracht.

Daarom moet de sever POP over SSL/TLS of STLS-opdrachten ondersteunen.

Voor POP over SSL / TLS, stelt u de POP over SSL / TLS-poortnummer in “Poortnummer” in.

U kunt POP over TLS-communicatie mogelijk maken door 'Poortnummer' in te stellen op hetzelfde poortnummer als voor normale POP3-communicatie.

Standaard fabrieksinstellingen:
Uitschakelen

Verbindingstest

Tik op de knop [Uitvoeren] om de verbinding met de POP3-server te testen.

Waarschuwings bericht

Hiermee selecteert u de instellingen voor de functie voor waarschuwingsberichten via e-mail.
De e-mailwaarschuwingsfunctie kan problemen met het apparaat via e-mail melden aan de beheerder of leverancier.
Stel de opties E-Mailwaarschuwingsberichtenlijst 1, E-Mailwaarschuwingsberichtenlijst 2 en E-Mailwaarschuwingsberichtenlijst van dealer afzonderlijk in.

E-mailadres

Voer het bestemmingse-mailadres voor verzending van de waarschuwingsberichten in. U kunt meerdere adressen invoeren door ze van elkaar te scheiden met een puntkomma of komma.
Voorbeeld: aaa@xxxxx.□□□; bbb@xxxxx.□□□
In de volgende gevallen wordt er per e-mail een rapport verzonden. U kunt de status voor het verzenden van waarschuwingen voor elke adreslijst individueel instellen. Wanneer de eenhehid het doel van de waarschuwing wordt, zal er een e-mail worden verzonden naar het ingestelde adres.
Storing, Toner is bijna op, Toner Op, Papier Op, Serviceaanvraag, PM-aanvraag, Tonerafvaldoos bijna vol, Tonerafvalbak vol, Takenlogboek vol, Veiligheidswaarschuwing

Standaard fabrieksinstellingen:
Alles inschakelen behalve beveiligingswaarschuwingen

SMTP-instelling

SMTP-server in [Netwerkinstellingen] gebruiken.

Stel de SMTP-serverinstellingen in die worden gebruikt voor e-mailstatus en e-mailwaarschuwing, in dezelfde instellingen als SMTP-instelling van netwerkinstelling.

SMTP-instelling

Gebruik deze instelling wanneer u “SMTP-Server gebruiken in [Netwerkinstellingen].” niet gebruikt.

Primaire server

Voer de hostnaam of het IP-adres van de primaire SMTP-server in.

Secundaire server

Deze instelling is beschikbaar wanneer u "Authenticatieoptie" anders dan "OAuth 2.0" selecteert.
Voer de hostnaam of het IP-adres van de secundaire SMTP-server in.

Poortnummer

Voer een poortnummer in.

Standaardinstellingen:
25

Time-out

Voer een time-out in. Deze waarde wordt gebruikt voor de verbinding met de SMTP-server en voor de verzending van gegevens volgens de e-mailsysteemspecificaties.

Standaardinstellingen:
20 seconden

Naam Afzender

Voer de naam van de afzender in.

Afzenderadres

Voer het adres van de afzender in

SSL/TLS inschakelen

Als SSL is ingeschakeld, kan communicatie met SMTP-over-TLS-versleuteling door de opdracht STARTTLS worden gebruikt.
De server moet de opdracht STARTTLS wel ondersteunen.
U kunt SSL/TLS-communicatie toestaan door “Poortnummer” op hetzelfde poortnummer in te stellen als de normale SMTP.

Standaardinstellingen:
Uitschakelen

Authenticatieoptie

Specificeer de authenticatiemethode voor SMTP.
Selecteer "OAuth 2.0" bij gebruik van Microsoft365, Exchange Online, enz.
Zie " OAuth 2.0 AUTHENTICATIE" voor informatie over het configureren van de instellingen wanneer OAuth 2.0 is geselecteerd.

Standaardinstellingen:
Geen authenticatie

Provider

Dit kan worden ingesteld wanneer "OAuth 2.0" is geselecteerd als "Authenticatieoptie".
Selecteer een provider.

Standaardinstellingen:
Microsoft

Accountnaam

Dit kan worden ingesteld wanneer "OAuth 2.0" is geselecteerd als "Authenticatieoptie".
Voer een accountnaam in.

Token

Dit kan worden ingesteld wanneer "OAuth 2.0" is geselecteerd als "Authenticatieoptie".
Toont de huidige tokenstatus.

Token opvragen / Wissen

De "Token opvragen" toets wordt weergegeven als het token niet is verkregen, en de "Wissen" toets wordt weergegeven als het token is verkregen.
De toets "Token opvragen" wordt weergegeven in de systeeminstellingen van de machine en wordt niet weergegeven op de webpagina.

Gebruikersnaam

Deze instelling is beschikbaar wanneer "SMTP-authenticatie" is geselecteerd als "Authenticatieoptie".
Voer de gebruikersnaam in.

Wachtwoord

Deze instelling is beschikbaar wanneer "SMTP-authenticatie" is geselecteerd als "Authenticatieoptie".
Voer het wachtwoord in.
Als u het wachtwoord wilt wijzigen, stelt u [Wachtwoord wijzigen] in op .

POP voor SMTP

Deze instelling is beschikbaar wanneer u "Authenticatieoptie" anders dan "OAuth 2.0" selecteert.
Als is ingesteld, wordt u geauthenticeerd voor de POP-server voordat u de SMTP-communicatie gebruikt.

  • POP3-server: Voer de hostnaam of het IP-adres van de secundaire SMTP-server in.
  • Standaardinstellingen:
    Uitschakelen
  • Poortnummer: Voer het POP3-poortnummer in voor POP voor SMTP-communicatie. De standaardinstelling is poort 110.
  • Standaardinstellingen:
    110
  • POP-authenticatie: als is ingesteld, wordt het authenticatieprotocol (inclusief APOP) gebruikt voor authenticatie van de POP3-server.
  • Standaardinstellingen:
    Uitschakelen
  • Gebruikersnaam: Voer de gebruikersnaam in voor POP voor SMTP-communicatie.
  • Wachtwoord: Voer het vereiste wachtwoord in voor POP voor SMTP-communicatie. Als u het wachtwoord wilt wijzigen, stelt u [Wachtwoord wijzigen] in op .
  • SSL/TLS inschakelen: Bij instelling op wordt de POP over SSL/TLS-communicatie of de POP over TLS-communicatie via de opdracht STLS ingeschakeld. De server moet de POP over SSL/TLS-communicatie of de opdracht STLS wel ondersteunen. U kunt SSL/TLS-communicatie toestaan door 'Poortnummer' in te stellen op het poortnummer van de POP over SSL-communicatie. U kunt POP over TLS-communicatie toestaan door 'Poortnummer' in te stellen op hetzelfde poortnummer als voor de normale POP3-communicatie.
  • Standaardinstellingen:
    Uitschakelen

Verbindingstest

Tik op de knop [Uitvoeren:] om de verbinding met de SMTP-server te testen.

Geavanceerde FSS-instellingen

Deze functie is voor verbinding met Synappx Manage, een cloudservice voor apparaatbeheer.

  • Gebruik van deze functie vereist het gebruik van deze clouddienst.
  • Deze instelling is mogelijk niet in alle landen en regio's beschikbaar.

Geavanceerde FSS

Stelt in of de Geavanceerde FSS-functie moet worden ingeschakeld.
Het omschakelen van deze functie vereist een herstart van de machine.

Standaardinstellingen:
Uitschakelen

URL

Voer de initiële aansluitings-URL in die door de huurder van de clouddienst is verstrekt.
Nadat de verbinding is voltooid, wordt, indien de URL als leeg is geregistreerd, de vorige verbindingsinformatie geïnitialiseerd.

Nu controleren

Controleert op verzoeken om informatie van de clouddienst op te halen of om de besturing van de machine te wijzigen.

Firmware-update

Deze instelling is beschikbaar wanneer een gegevensbeveiligingskit in de machine is geïnstalleerd en "Geavanceerde beveiligingsinstellingen" zijn geconfigureerd.
De firmware van de machine kan via LAN worden bijgewerkt zonder gebruik te maken van een USB-geheugen.
Zie de handleiding van de databeveiligingskit voor details over de instellingen met de databeveiligingskit.
Neem voor meer informatie over "Geavanceerde beveiligingsinstellingen" contact op met uw dealer of de dichtstbijzijnde SHARP Serviceafdeling.

Selecteer bestand

Selecteer het firmwarebestand dat moet worden bijgewerkt.

Geef de status van de firmware-update weer op de apparaat webpagina

Stel in of de status van de firmware-update op de webpagina moet worden weergegeven.

Uitvoeren

Tik op deze toets om het bijwerken van de geselecteerde firmware te starten.

  • Deze instelling kan worden geconfigureerd op de webpagina.
  • Schakel de stroom niet uit tijdens het bijwerken van de firmware.

Taal

Version 02a / bp70m90_usr_02a_nl

↑Eerste pagina